Die vernieuwende holistische visie op gezondheid sluit aan op de visie van de traditionele Afrikaanse geneeskunde. Het geloof in spirituele krachten van de natuur is veel ouder dan de islam of het christendom. Animistische genezers spelen altijd in op de persoon. Wanneer een patiënt bijvoorbeeld sterk gelooft in de rol van zijn voorouders, zal hij die betrekken bij de remedie. Want als de geesten niet tevreden zijn, zal hij niet genezen. Voor iemand die daar niet in gelooft, zal hij een meer technische uitleg geven. De holistische kijk op geneeskunde lijkt me een evenwicht tussen de westerse, technologische aanpak en de traditionele Afrikaanse benadering. Dat die visie terrein wint, vind ik positief.
Er zijn overigens grote gelijkenissen tussen animisme en boeddhisme. Een boeddhist gelooft dat, na de dood, de geest in een nieuwe verschijningsvorm terugkomt. De manier waarop hangt af van hoe je geleefd hebt. Zij zeggen dat je je altijd moet inzetten om je volgende leven te verbeteren. In het animisme kom je altijd terug als mens en zijn het eerder de familiebanden en de voorvaderen die een invloed hebben op de levenden. In Afrika is de geest bijna even belangrijk als het leven dat men leidt. Er is het geloof dat de doden met ons leven, zelfs al boezemt dat vaak angst in, en dat alle levende wezens - elk dier, elke plant en ook elke mens – door een geest ‘bezield’ wordt. Het gaat louter om verschillende verschijningsvorm van het leven.”